Directieve therapie
Directieve therapie is een kortdurende therapie die zich richt op het behalen van concrete en haalbare doelen. Bij het verwezenlijken van die doelen speelt de therapeut in directieve therapie een sterk sturende rol. De therapeut geeft de cliënt duidelijke aanwijzingen over hoe klachten kunnen worden verholpen. De cliënt krijgt opdrachten mee naar huis die relatief gemakkelijk zijn uit te voeren, en leiden tot concrete resultaten. De kans op het slagen van de opdrachten en het gevoel van succes dat daarbij komt is groot. Op deze manier is er telkens duidelijke vooruitgang zichtbaar, en wordt er stap voor stap naar het geformuleerde doel toegewerkt.
Door de sturende rol van de therapeut en de korte duur, is directieve therapie voornamelijk geschikt voor mensen met duidelijke klachten, die weinig behoefte hebben aan persoonlijke groei. Het is een praktische therapie met symptoombestrijding tot doel. Daarom kan directieve therapie ook een uitkomst zijn voor mensen die geen inzichtgevende therapie aankunnen. Wel is het belangrijk dat de cliënt en de therapeut een goede relatie opbouwen. Het is essentieel dat de cliënt vertrouwen heeft in de therapie en de overtuiging heeft dat de klachten kunnen verdwijnen.
Directieve therapie is een vorm van eclectische psychotherapie. Dat wil zeggen dat de directief therapeut niet vanuit een vast patroon werkt, maar per cliënt beslist welke therapie methode het beste werkt. Binnen de directieve therapie kunnen dus werkwijzen uit verschillende therapieën gebruikt worden, zoals gedragstherapie, gezinstherapie of hypnose / hypnotherapie. Ook is er een combinatie van verschillende methoden mogelijk.
Kanttekeningen bij directieve therapie
Directieve therapie is gericht op het behalen van concrete resultaten in een korte tijd. Er wordt weinig inzicht gegeven in het ontstaan van de klachten. Het nadeel hiervan is dat de cliënt soms last kan krijgen van een terugval na beëindiging van de therapie. Ook kan het gebeuren dat de cliënt zich afhankelijk voelt van de therapeut. Om dit te voorkomen is het belangrijk dat de cliënt in de therapie leert de opdrachten ook buiten de therapie toe te passen.
Bij welke klachten?
Directieve therapie wordt ingezet bij veel verschillende klachten, zoals fobie, depressie, relatie problemen, persoonlijkheidsstoornissen, angsten, en dwangstoornissen. Ook bij psychosomatische klachten (de lichamelijke uiting van psychische problemen) kan directieve therapie worden benut.
Duur van directieve therapie
Directieve therapie is een kortdurende therapie. De duur is afhankelijk van de klacht, maar ligt gemiddeld tussen de vijf en vijftien sessies. Een sessie duurt gemiddeld zo’n vijftig minuten. Behandelingen kunnen wekelijks plaats vinden, maar ook eens in de twee of drie weken.