top of page

Anorexia nervosa

Anorexia nervosa is een eetstoornis. De belangrijkste kenmerken van anorexia nervosa zijn het onderdrukken van de eetlust, gestoord eetgedrag en een extreem verlangen om mager te zijn.

 

Letterlijk betekent anorexia nervosa: gebrek aan eetlust door psychische oorzaak. Deze naam klopt eigenlijk niet. Mensen met anorexia nervosa hebben wel degelijk honger, maar ze proberen het hongergevoel te onderdrukken.

Symptomen anorexia nervosa

Kenmerken van anorexia nervosa zijn onder meer een grote angst om aan te komen en een verstoorde lichaamsbeleving.

Volgens de DSM-IV gelden de volgende diagnostische criteria voor anorexia nervosa:

  • Weigering het lichaamsgewicht te handhaven op of boven de grens van vijfentachtig procent van het te verwachten gewicht voor mensen van dezelfde leeftijd en lengte.- Voor volwassenen wordt hiervoor in de praktijk meestal een Body Mass Index (BMI: het gewicht in kilo’s gedeeld door het kwadraat van de lengte in meters) van maximaal 17,5 als maat gehanteerd. Voor kinderen en adolescenten gelden lagere bovengrenzen, afhankelijk van geslacht en leeftijd.

  • Intense angst om aan te komen terwijl er in werkelijkheid sprake is van ondergewicht.

  • Stoornis in de lichaamsbeleving. Dit uit zich in ontkenning van de ernst van het huidige lage lichaamsgewicht, een vertekend beeld van het eigen lichaam, of in een onevenredig groot belang van het gewicht of de lichaamsvorm voor het gehele zelfbeeld.

  • Bij vrouwen en meisjes na de eerste menstruatie: het wegblijven van de menstruatie gedurende drie opeenvolgende cycli. Wanneer de menstruatie alleen kunstmatig kan worden opgewekt door toediening van hormonen, zoals de anticonceptiepil, voldoet iemand óók aan dit criterium.

 

Subtypen anorexia nervosa

Er zijn twee subtypen van anorexia nervosa: het eetbuien/purgerende type en het beperkende type.

  • Het eetbuien/purgerende type. Mensen met dit type van anorexia nervosa hebben geregeld last van eetbuien, of doen pogingen het eenmaal ingeslikte voedsel op onnatuurlijke wijze snel kwijt te raken door bijvoorbeeld een vinger in de keel te steken, laxeermiddelen of plasmiddelen te slikken, of door een klysma te plaatsen (purgeren).

  • Het beperkende type. Mensen met dit type van anorexia nervosa doen alleen aan vasten. Deze mensen hebben dus niet geregeld last van eetbuien en proberen niet het voedsel op onnatuurlijke wijze kwijt te raken.

 

Oorzaken en risicofactoren anorexia nervosa

Over de oorzaken van anorexia nervosa is weinig bekend. Wel is een aantal risicofactoren bekend.

De risicofactoren kunnen worden onderverdeeld in

  • Geslacht en leeftijd

  • Individuele kwetsbaarheid

  • Omgeving

  • Levensgebeurtenissen

 

Risicofactoren zijn geen oorzaken. Risicofactoren zijn niet voldoende om de stoornis te veroorzaken.

 Geslacht en leeftijd 

  • Van alle mensen met anorexia nervosa is 90-95% vrouw.

  • De verschillen tussen mannen en vrouwen met anorexia nervosa zijn klein. De aard en ernst van de symptomen, de aanwezigheid van bijkomende klachten en het beloop van de eetstoornis zijn vergelijkbaar.

  • Anorexia nervosa komt vooral voor bij jonge vrouwen: van elke 1.000 vrouwen tussen 15 en 30 jaar hebben er drie anorexia nervosa. Buiten deze leeftijdsgroep is anorexia nervosa zeldzaam.

 

Individuele kwetsbaarheid

  • De kwetsbaarheid voor anorexia nervosa is voor een deel erfelijk bepaald. Welke rol erfelijkheid precies speelt is onduidelijk. Kinderen van ouders met anorexia nervosa hebben 11 keer meer kans om zelf anorexia nervosa te krijgen dan andere kinderen. Kinderen van ouders met een angst- of stemmingsstoornis (depressie, dysthymie, bipolaire stoornis) hebben 3 keer meer kans op anorexia nervosa.

  • Kinderen van ouders met een dwangmatige persoonlijkheidsstoornis hebben 3 tot 4 keer meer kans op anorexia nervosa.

  • Vaak worden perfectionisme en een negatief zelfbeeld genoemd als persoonlijkheidskenmerken die de kans op anorexia nervosa vergroten. Het bewijs voor een oorzakelijk verband is niet sterk.

  • Mensen met anorexia nervosa eten 5 keer zo vaak vegetarisch als mensen die geen anorexia nervosa hebben. Ongeveer de helft van de opgenomen anorexia nervosa-cliënten eet geen rood vlees. Vegetarisme is voor mensen met anorexia nervosa vooral een manier om gewicht te verliezen.

  • Kinderen die te vroeg geboren zijn hebben 3 keer meer kans op anorexia nervosa dan andere kinderen. Hebben ze ook nog eens een te laag geboortegewicht, dan wordt de kans ruim 5 keer zo groot.

  • Lichamelijke aandoeningen vergroten de kans op anorexia nervosa niet.

 

Omgeving

  • Er zijn geen typische gezinskenmerken die het risico op anorexia nervosa vergroten. Aangenomen wordt dat conflicten in het gezin een gevolg kunnen zijn van de eetstoornis. Deze conflicten kunnen bijdragen aan de instandhouding van anorexia nervosa.

  • Anorexia nervosa komt in verstedelijkte gebieden even vaak voor als op het platteland.

  • Onder balletdanseressen komt anorexia nervosa meer dan gemiddeld voor. Het is onduidelijk of dit alleen komt door de druk binnen de balletwereld om dun te zijn. Het kan ook zijn dat ballet meisjes aantrekt die gevoelig zijn voor anorexia nervosa.

 

Levensgebeurtenissen

  • Negatieve ervaringen als mishandeling, verwaarlozing of seksueel misbruik in de jeugd maken de kans op anorexia nervosa nauwelijks groter. Ook hebben ze bijna geen invloed op de ernst van anorexia nervosa.

  • Wel komen negatieve jeugdervaringen vaker voor bij mensen die het eetbuien/ purgerende type van anorexia nervosa hebben. Ook kunnen negatieve jeugdervaringen het risico op bijkomende psychische stoornissen vergroten.

 

Gevolgen anorexia nervosa

Anorexia nervosa heeft gevolgen voor de kwaliteit van leven van mensen met anorexia nervosa, de kwaliteit van leven van mensen in de omgeving, de levensverwachting en maatschappelijke kosten.

  • Kwaliteit van leven voor mensen met anorexia nervosa

  • Kwaliteit van leven van mensen in de omgeving

  • Levensverwachting

  • Maatschappelijke kosten

 

Kwaliteit van leven

Anorexia nervosa heeft grote gevolgen voor de kwaliteit van leven. Anorexia nervosa leidt tot beperkingen in het sociaal, emotioneel en lichamelijk functioneren:

  • Sociale en emotionele gevolgen

  • Lichamelijke gevolgen

  • DALY's

 

Sociale en emotionele gevolgen

  • De emoties vervlakken

  • Er dreigt sociaal isolement

  • Conflicten met ouders of partner

  • Afname van de zin in seks

  • Belemmering van een succesvolle schoolloopbaan door langdurige ziekte en ziekenhuisopnames

  • Blijvende arbeidsongeschiktheid. In 2002 ontvingen in Nederland naar schatting 600 tot 1000 mensen met anorexia nervosa een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO of WAJONG). Dat is ongeveer 1 op iedere 6 mensen met deze ziekte. Het grootste deel van hen was volledig arbeidsongeschikt.

 

Lichamelijke gevolgen

Ondervoeding leidt vaak tot lichamelijke klachten. De belangrijkste zijn:

  • Algehele uitputting

  • Lage lichaamstemperatuur

  • Problemen met hart en bloedvaten, zoals verlaagde bloeddruk, vertraagde hartslag en hartritmestoornissen

  • Botontkalking (osteoporose)

  • Maag- en darmklachten

  • Hormoonafwijkingen (zoals wegblijven van de menstruatie)

  • Verminderde schildklierwerking

  • Verminderde stofwisseling

  • Huidproblemen (schilferige huid, donsachtige beharing)

  • Erosie van het gebit (als gevolg van braken).

 

Sommige klachten kunnen de dood tot gevolg hebben, zoals een ernstige verstoring van het hartritme. Andere klachten verdwijnen als de cliënt herstelt.

Er zijn ook blijvende klachten:

  • Bij kinderen die anorexia nervosa hebben gehad, kunnen lichaamsgroei en seksuele ontwikkeling achterblijven.

  • Vrouwen die anorexia nervosa hebben gehad lopen een grotere kans op complicaties bij de geboorte van hun kinderen.

 

DALY'S

Een vergelijkende maat voor ziektelast is de DALY: 'disability-adjusted life years'. Een DALY is een gezond levensjaar dat door de ziekte verloren gaat. De ziektelast voor anorexia nervosa is niet in DALY’s vastgesteld, maar wordt in Nederland geschat op 2000.

 

Kwaliteit van leven van mensen in de omgeving

Leven met iemand met anorexia nervosa is een zware opgave.

  • Ouders en partners voelen zich schuldig.

  • Ze hebben het gevoel niet door te dringen tot de persoon met anorexia nervosa.

  • De maaltijden worden een strijdtoneel.

  • Anorexia nervosa kent vaak een chronisch beloop, met een hoge kans op terugval.

 

Levensverwachting

Van alle behandelde mensen met anorexia nervosa sterft per jaar 0,55%. De kans op overlijden is voor mensen met anorexia nervosa 5 keer zo groot als voor gezonde leeftijdgenoten zonder anorexia nervosa. Daarmee is het één van de psychische stoornissen met de hoogste kans op vroegtijdige sterfte.

Deze cijfers zijn afkomstig uit onderzoek naar mensen die behandeld zijn. In de algemene bevolking is dit cijfer waarschijnlijk lager. Anorexia nervosa zelf is niet altijd de doodsoorzaak. Ook andere oorzaken zoals zelfdoding en hartstilstand worden meegeteld. Meestal is anorexia nervosa dan wel de indirecte oorzaak.

Maatschappelijke kosten

 

Over de kosten van anorexia nervosa in Nederland is niets bekend. In het buitenland zijn verschillende onderzoeken gedaan naar de kosten. De uitkomsten hiervan verschillen aanzienlijk.

  • In de Verenigde Staten kost de behandeling van een vrouw met anorexia nervosa ongeveer 6000 euro op jaarbasis. Opname kost gemiddeld 17.000 euro per jaar, poliklinische behandeling ruim 2000 euro.

  • In Duitsland waren de totale kosten voor de opnames van mensen met anorexia nervosa ongeveer 95 miljoen euro per jaar. Per patiënt is dat 13.000 euro.

 

De verschillen in behandelkosten worden vooral veroorzaakt door het aantal en de duur van de klinische opnames. Dit verschilt sterk per land.

Om de maatschappelijke kosten van anorexia nervosa terug te dringen, zouden het aantal opnames en de duur van klinische behandeling beperkt kunnen worden. Het is onduidelijk of dit de kosteneffectiviteit van de behandeling inderdaad verhoogt. Er is nog geen grootschalig onderzoek gedaan naar de kosteneffectiviteit van opname en poliklinische behandeling van anorexia nervosa.

 

Verloop anorexia nervosa

Je vindt op deze pagina informatie over het verloop van anorexia nervosa onder de algemene bevolking en bij opgenomen patiënten. Ook de factoren die het verloop bepalen komen aan de orde.

 

Verloop onder de algemene bevolking

Over het verloop van anorexia nervosa onder de algemene bevolking is weinig bekend. Bijna alle informatie over het verloop van anorexia nervosa is afkomstig van onderzoek naar het verloop onder opgenomen cliënten.

Uit een Australisch onderzoek blijkt dat het verloop van de ziekte bij cliënten die op eigen verzoek geen behandeling ontvingen, niet verschilde van dat van cliënten die wel behandeld werden.

Verloop bij opgenomen cliënten

Mensen met anorexia nervosa die zijn opgenomen in een ziekenhuis hebben meestal ernstigere symptomen, grotere beperkingen in functioneren en meer kans op bijkomende ziektes dan mensen met anorexia nervosa die niet opgenomen zijn.

 

Daarom zijn de vooruitzichten voor hen slechter, ook bij intensieve behandeling.

  • Anorexia nervosa begint meestal met een periode van intensief lijnen.

  • De 1e episode begint vaak tussen 15 en 25 jaar.

  • Anorexia nervosa duurt gemiddeld 4 jaar.

  • De kans op terugval is groot. Bij ongeveer 1 op de 4 mensen wordt de stoornis chronisch

  • Van ongeveer 45% van de opgenomen cliënten verbetert de situatie in de loop der jaren, 30% houdt klachten en een 25% blijft lang ziek, van wie een deel overlijdt.

  • Het sterftecijfer voor anorexia nervosa is 5,5% per 10 jaar. Dit betekent dat van elke 18 opgenomen cliënten er na 10 jaar 1 is overleden.

 

Factoren die het verloop bepalen

Er is veel onderzoek gedaan naar factoren die het beloop van anorexia nervosa bij opgenomen patiënten beïnvloeden. De bevindingen zijn moeilijk te interpreteren. Zo bestaat er geen sluitend bewijs voor de bewering dat de ziekteduur vóór behandeling de uitkomst van de behandeling bij anorexia nervosa bepaalt.

Slechts van enkele factoren staat vast dat zij invloed hebben op de prognose:

  • Bij eetbuien en purgeren zijn de vooruitzichten slechter dan in andere gevallen, en bij een goede relatie met de ouders juist beter.

 

Bijkomende stoornissen anorexia nervosa

Mensen met anorexia nervosa kunnen ook andere, bijkomende psychische stoornissen hebben. Er zijn geen lichamelijke ziektes die vaker voorkomen bij anorexia nervosa.

 

Andere psychische stoornissen 

Mensen met anorexia nervosa hebben een meer dan normale kans om ook andere psychische stoornissen te hebben:

  • Meer dan de helft van de mensen met anorexia nervosa lijdt ooit aan een depressie.

  • Ongeveer de helft lijdt ooit aan een of meer angststoornissen,[40] met name aan dwangstoornissen.

  • De meeste mensen met anorexia nervosa hebben een persoonlijkheidsstoornis. Het gaat vooral om de dwangmatige en vermijdende persoonlijkheidsstoornis.

 

Bijkomende depressie en angststoornissen zijn in veel gevallen het gevolg van anorexia nervosa. Deze stoornissen verdwijnen vaak als het gewicht wordt hersteld.

 

Lichamelijke ziektes

Er zijn geen lichamelijke ziektes die naar verhouding meer dan gemiddeld voorkomen bij anorexia nervosa. Sommige lichamelijke ziektes kunnen de behandeling compliceren, zoals suikerziekte. Meten van de suikerspiegel en spuiten van insuline

maken de behandeling van anorexia nervosa ingewikkeld.

 

Preventie anorexia nervosa

Er bestaan nog geen methoden die het ontstaan van anorexia nervosa kunnen voorkomen bij mensen die nog geen eetstoornis hebben. In de praktijk blijkt dat anorexia nervosa door de huisarts vaak niet herkend wordt. Screening van anorexia op scholen blijkt niet effectief.

 

Vroege herkenning van anorexia nervosa door de huisarts

Anorexia nervosa wordt in de praktijk vaak niet door de huisarts herkend:

  • De gemiddelde huisartspraktijk heeft ongeveer 1 cliënt met anorexia nervosa. Slechts 40% van deze cliënten wordt door de huisarts herkend. Van hen wordt het grootste deel doorverwezen naar de GGZ.

  • Vooral jonge kinderen met anorexia nervosa worden door de huisarts niet herkend.

  • Cliënten met anorexia nervosa die niet herkend worden door de huisarts, vermijden de huisarts niet. In de 5 jaar voor hun herkenning komen ze zelfs vaker bij de huisarts dan mensen zonder eetstoornis. Ze melden zich met psychische klachten, verstopping, of het wegblijven van de menstruatie. Het zijn allemaal mogelijke symptomen van anorexia nervosa, die vaak pas jaren later leiden tot de diagnose.

 

Herkenning van anorexia nervosa door de huisarts en de schoolarts kan worden verbeterd. Het is belangrijk om huisartsen en schoolartsen te trainen om anorexia nervosa tijdig te herkennen. Bij jonge dunne vrouwen die zich melden met psychische klachten, verstopping, of het wegblijven van de menstruatie zou de diagnose anorexia nervosa altijd overwogen moeten worden.

 

Screening van anorexia nervosa op scholen

Het heeft geen zin om kinderen met anorexia nervosa op te sporen met klassikaal ingevulde vragenlijsten.

  • De bestaande vragenlijsten voldoen niet aan de hoge eisen.

  • Om niet herkend te worden, zullen kinderen met anorexia nervosa zich ziek melden op de screeningsdag of de vragenlijst niet eerlijk invullen.

  • Als kinderen herkend worden, weigeren ze vaak de aangeboden behandeling.

 

Behandeling Anorexia nervosa

Anorexia nervosa kan volgens de Multidisciplinaire Richtlijn Eetstoornissen op vier manieren worden behandeld: met behandeling gericht op eetpatroon en gewicht, met psychotherapie, met medicijnen (farmacotherapie), en met specifieke interventies.

De Richtlijn Eetstoornissen gaat uit van een aantal uitgangsprincipes bij de behandeling van deze stoornissen.
 

Behandeling gericht op eetpatroon en gewicht

Behandeldoelen bij patiënten met Anorexia zijn o.a. het herstellen van een gezond gewicht en het normaliseren van het eetpatroon.

Lees meer over eetpatroon en gewicht in de Richtlijn Eetstoornissen.

 

Psychotherapie

Behandeling met psychotherapie betreft ambulante psychotherapie, klinische therapie, en ambulante psychotherapie na klinische behandeling.

Behandeling met medicijnen

Behandeling met medicijnen is bij Anorexia van beperkte waarde. Het moet zeker niet als eerste therapie worden ingezet.

Specifieke interventies

Er zijn specifieke interventies gericht op het behandelen van zowel Anorexia nervosa als Boulimia nervosa.

 

Feiten en cijfers anorexia nervosa

Anorexia nervosa is zeldzaam. Ongeveer 5600 mensen in Nederland leden het afgelopen jaar aan anorexia nervosa.

  • Jaarlijks komen er ongeveer 1300 mensen met anorexia nervosa bij. 

  • Ongeveer evenveel patiënten genezen jaarlijks, al is het vaak gedeeltelijk of tijdelijk.

 

De Nederlandse cijfers wijken niet af van die in andere landen.

 

bottom of page